Ik ben specialist in fijnscheenwerk, een uiterst arbeidsintensieve en fijne vlechttechniek met geprepareerde scheentjes van gesplitste wilgenteen. Tijdens mijn opleiding boeide deze techniek, die nog maar weinigen in Europa beheersen, mij zo, dat ik mij er drie jaar in verdiept heb. Nu verricht ik veel restauratiewerk voor particulieren en musea, maak ik replica’s van historische voorwerpen, miniatuur vlechtwerk en ontwikkel ik een eigen lijn eigentijdse gebruiksvoorwerpen in deze techniek met beeldend werk en objecten.
De korte film De rietvlechter toont het proces van fijnscheenwerk in een notendop. Deze korte film werd speciaal voor het event Meesterlijk gemaakt in opdracht van Nicole Uniquole.
Van teen tot scheen
Het materiaal voor fijnscheenwerk wordt verkregen door lange witte wilgentenen van ca. 2.50 m in drieën of vieren te kloven met een speciaal kloofhoutje. De lange strips wilg worden met de hand tot op de millimeter precies op een speciale schaafbank op dikte en breedte geschaafd. Hierna worden de bastresten weggepoetst.
Elk fijnscheenwerkobject wordt om een eigen houten mal gevlochten, zoals schoenen om een leest. Het maken van een fijnscheenwerkobject is zeer arbeidsintensief. Het resultaat is een fragiel ogend vlechtwerk wat bij beroering toch verrassend stevig is.
